Butter Group

Van beurtschip tot bulktransport

Op 16 mei 1931 is het bedrijf onder de naam ‘de Westfries’ opgericht. Deze datum was tevens de huwelijksdatum van de oprichter en zijn vrouw, Cor en Hendrien Butter. ‘s Morgens gemeentehuis, ’s middags Kamer van Koophandel en ’s avonds feest. Zo ging dat in die tijd.
Het bedrijf bestond uit een motorschuit van 20 ton. Cor Butter startte een beurtdienst op Alkmaar, Amsterdam en Rotterdam, ‘De Westfries’, gevestigd in Lutjewinkel. De schuit werd gelost en geladen met behulp van vijf broers van Hendrien Butter. Met de hand.
Ondanks de crisisjaren groeide het bedrijf gestaag. De Wieringermeer was inmiddels in ontginning gebracht.

De Tweede Wereldoorlog gooide roet in het eten. De vrachtwagens werden door de Duitsers gevorderd en Nederland verkeerde in totale disorde. Tot overmaat van ramp bliezen de Duitsers de omringdijk op en stroomde de Wieringermeer onder water. Tijdens deze onderwaterzetting werden de schepen van Cor Butter ingezet om huisraad te redden en naar de wal te brengen.
Na de oorlog ontstonden er activiteiten die voor het herstel van de polder nodig waren: vervoer van bouwmaterialen, nieuwe landbouwmachines. Arbeiders werden in schafketen op de vrachtwagens vervoerd vanuit Friesland. Voormalige legerauto’s werden omgebouwd tot vrachtauto’s. Het bedrijf veerde weer op.
In 1951 voltrok zich een nieuwe ramp. Cor Butter overleed op slechts 42 jarige leeftijd. De schepen werden verkocht. Hendrien Butter, zette het bedrijf, bestaande uit drie vrachtwagens van 6 ton, voort onder leiding van een bedrijfsleider. In 1956 startte de bedrijfsleider zelf een transportbedrijf en nam Gerrit Butter op 18-jarige leeftijd de leiding over. De eerste jaren verliepen moeizaam mede door de concurrentiestrijd met de voormalig bedrijfsleider. In de zestiger jaren ging het allengs beter door de intrede van de onderlosser (bandwagen). Dit bleek een gat in de markt. Grote opdrachtgevers dienden zich aan en maakten gebruik van de diensten van Butter. Hierdoor groeide het bedrijf in sneltreinvaart.

In 1972 is een loods van de Zuiderzeewerken gehuurd en verhuisde het onderhoud van het wagenpark naar Dronten, in de Flevopolder en is de naam van het bedrijf omgedoopt in Butter b.v. In 1978 is een nieuwe garage gebouwd op de huidige locatie van Butter. In 1986 is de garage uitgebreid met een kantoor en sindsdien is het bedrijf volledig gevestigd in Dronten.
In 1992 kwam Cees, de zoon van Gerrit Butter, in het bedrijf. In 1996 nam Gerrit Butter na 40 jaar afscheid van het bedrijf en heeft Cees het bedrijf voortgezet. Hierna is het bedrijf gestaag doorgegroeid, vooral door de groei bij bestaande klanten, uitbreiding van het klantenbestand en verscheidene overnames. Een andere belangrijke oorzaak van de groei is geweest de internationalisering van het transport. Dit heeft er toe geleid dat in 2004 zusteronderneming Butter Sp. z o.o. is opgericht, welke is gevestigd in Warschau (Pl). Hier is inmiddels 50% van het wagenpark en personeel ondergebracht. Verder heeft Marc Nijdam in 2004 25% van Butter Groep overgenomen. In 2005 is in Dronten de productie van een super-lichtgewicht onderlosser opgestart. Deze trailer, met een eigen gewicht van slechts 5000 kg. is geheel in eigen beheer ontwikkeld en wordt door de mensen Butter zelf gebouwd.
In 2006 tenslotte is een voor Butter nieuwe transportactiviteit opgestart, namelijk het transport asfalt en aanverwante producten in geïsoleerde kip-trailers, welke in 2009 weer wordt afgebouwd. Door de crisis is het aanbod in dit type vervoer sterk teruggelopen.