Vanuit de Roemeense toeristische sector zijn er reeds meerdere jaren kritische geluiden te horen over de geringe inspanningen om het toerisme te bevorderen en dan vooral gericht op buitenlandse toeristen en werden slechts zeer geringe budgetten gereserveerd.De laatste vijf jaren heeft de Roemeense private sector veel zaken op de rails gezet, maar de publieke sector vertegenwoordigd in de National Authority for Tourism honoreerdedeze inspanningen niet en de Beneluxmarkt bestaande uit ca.28 miljoen inwoners werd volkomen genegeerd behoudens een amateuristische presentatie op de Vakantiebeurs in Utrecht.
Hierbij is men volledig voorbij gegaan aan het feit dat het toerisme een volwaardige economische sector is die inkomsten voor de staatskas genereert en bovendien in algemene zin het imago van Roemenië verbeterd. Maar zoals bij iedere economische bedrijvigheid gaan de kosten voor de baat uit en zal men moeten investeren in goede campagne en verkeersbureaus moeten openen in landen waar een potentiële markt aanwezig al dan niet in samenspraak met de handelsraden van de Roemeense ambassades.
Daarom is de toeristische sector verheugd dat de huidige regering een apart ministerie voor toerisme in het leven heeft geroepen. De honorair consuls van Roemenië in Nederland hebben het derhalve opnieuw aangekaart, nadat zij in het verleden tevergeefs aan de deur klopten. Ook voor de Nederlandse reisindustrie liggen er enorme kansen te wachten, want het is een mes dat aan twee kanten snijdt. De deskundigen binnen de DRN met ondernemersbloed in de aderen kunnen dat onderschrijven.