Nieuwsbrief 20 december 2019

Header-news

DRN NIEUWS

Gezondheid en succes en laat 2020 een nieuwe uitdaging zijn!

Ondernemers zijn net mensen en reageren navenant. Een goede gezondheid is natuurlijk voor iedereen een basisvoorwaarde en om succes  te behalen is het aan te bevelen om 2020 als een uitdaging te zien,vol kansen en mogelijkheden.

Wij als DRN zullen in 2020 in ieder geval nog meer ons best doen om, met uw steun, een verbindende factor te blijven tussen Roemenië en Nederland en tussen bedrijfsleven en overheid. Het komend jaar zullen wij er extra op gefocust zijn om nieuwe kansen te creëren voor onze leden. En daar starten we direct vroeg in het jaar mee.

Noteert u vast in uw agenda donderdag 6 februari 2020; want dan organiseren wij onze bekende en druk bezochte Romanian Business Day!  Ook dit keer hebben we gekozen voor een bijzondere locatie, die eigenlijk op zich zelf al een bezoek waard is. Dit jaar verwelkomen wij u graag in bekende Louwman Museum in Wassenaar . Omgeven door prachtige bolides zullen wij u een inspirerend  programma aanbieden dat uw beeldvorming over de kansen in Roemenië een nieuwe impuls zal geven. In onze nieuwsbrief van januari 2020 zullen wij u het programma presenteren en de mogelijkheid bieden om u voor deze dag in te schrijven.

Voor u ligt de nieuwsbrief van de maand december. Het is bijna traditie dat in deze laatste nieuwsbrief van het jaar de nadruk minder ligt op het bedrijvennieuws en meer op beschouwende zaken over de actuele situatie in Roemenië. Zo ook deze keer. Maar ook achtergrondinformatie is relevant en hoewel iets minder dan gewoonlijk, hebben wij ook nieuws inzake bedrijven of bedrijfssectoren.

Voor nu wensen wij u prettige feestdagen en een gezond, succesvol en uitdagend 2020.

Brabantse Consuls gaan samenwerken met VNO-NCW

Op 9 december jl. hebben de Noord-Brabantse consuls verenigd in Corps Consulaire Noord-Brabant, een Memorandum of Understanding met VNO-NCW Brabant en Zeeland ondertekend.

Beide organisaties hebben vastgesteld dat hun activiteiten en netwerken complementair zijn op het terrein van internationaal ondernemen. De regionale aanpak impliceert dat men dichter bij de ondernemers staat en vergroot de persoonlijke betrokkenheid.

Hoewel het takenpakket van de honorair consuls vrij breed is en daarbij ook per land verschillend, spelen de bilaterale economische betrekkingen een grote rol. Op zich is dat niet verwonderlijk omdat veel consuls afkomstig zijn uit het bedrijfsleven of daar nauwe banden mee onderhouden.

Het Corps Consulair wordt ook als ondersteunend ervaren met het beleid van het Ministerie van Buitenlandse Zaken op het specifieke terrein van economische diplomatie. De Brabanders hebben uiteraard hun Zeeuwse collega’s geïnformeerd over deze samenwerking, alsmede hun Limburgse buren verenigd in Corps Consulaire à Maestricht. In het kader van deze nieuwsbrief kunnen wij u vertellen dat, naast vele andere landen, de Roemeense consuls in Corps Consulaire à Maestricht en Corps Consulaire Noord-Brabant zijn vertegenwoordigd.

 

Energie Sector

De dubbele moraal van de VS

In een zeldzame unanimiteit met de president van de Verenigde Staten wijzen de Amerikaanse democraten en republikeinen Nord Stream 2 af. Kort voor de voltooiing van de Baltische Zee-pijpleiding c.q. Nord Stream 2, van Rusland naar Duitsland, wil het Amerikaanse congres stoppen en nieuwe sancties toepassen.


Nord Stream 2 zal vanaf volgend jaar gas vanuit Rusland naar Duitsland leveren, waarbij Polen en Oekraïne worden omzeild. Tot nu toe zijn volgens het consortium Nord Stream 2 meer dan 2.100 kilometer dubbele pijpleidingen in de Oostzee geïnstalleerd, slechts 300 kilometer zou nodig zijn om het project te voltooien.
Maar het Amerikaanse congres wil de voltooiing van de pijplijn voorkomen. De sancties kunnen hem op zijn minst vertragen. De VS betogen hun blokkade door het feit dat gaspijpleidingen de afhankelijkheid van Duitsland van Rusland zouden vergroten. De “Wet ter bescherming van de energiezekerheid van Europa” voorziet in sancties tegen exploitanten van zeer gespecialiseerde schepen die pijpleidingen voor de gasleiding door de Oostzee installeren.
De sancties hebben ook gevolgen voor TurkStream, een Russische gaspijpleiding die gas via de Zwarte Zee naar Turkije moet brengen en vervolgens verder wordt getransporteerd. Ook worden sancties opgelegd voor alle opeenvolgende projecten van Nord Stream 2 en TurkStream. De wet bepaalt dat de Amerikaanse staatssecretaris, in overleg met de minister van Financiën, binnen 60 dagen aan het congres moet rapporteren welke schepen worden gebruikt en welke bedrijven deze schepen hebben geleverd.


Verbodsbepalingen voor bedrijfsmanagers en hun belangrijkste aandeelhouders zullen worden opgelegd en bestaande visa moeten worden ingetrokken. De financiële transacties van de betrokken personen, met hun Amerikaanse commerciële eigendommen of belangen, zouden worden geblokkeerd. De commissies buitenlandse zaken van de Kamer en de Senaat hebben de grootschalige sanctiewet op Nord Stream al twee maanden geleden aangenomen. De Amerikanen willen niet Europa “beschermen” maar dat zij het Amerikaans vloeibaar petroleumgas (LPG) kopen. Door de explosieve groei van de fracking( het dure en zeer omstreden schaliegas) is de VS sindsdien de grootste aardgasproducent ter wereld geworden. En dan kan men spreken van een dubbele moraal.
Nord Stream 2 verdubbelt de capaciteit van de bestaande Nord Stream-gaspijpleiding (55 miljard kubieke meter gas per jaar). De gasleidingen behoren voornamelijk tot Gazprom, dat de helft van de geplande kosten overnam, ten belope van 9,5 miljard euro. De rest van de kosten zijn verdeeld over vijf Europese enenergieconsortia – de Oostenrijkse OMV, Uniper en Wintershall in Duitsland, Royal Dutch Shell in Nederland en Engie in Frankrijk. Roemenië blijft vooralsnog buitenschot omdat zij zelf voldoende gasvoorraden hebben, maar wel enerzijds Russisch gas als reservevoorraad betrekken, maar anderzijds via de BRUA pijplijn de Russische federatie tegenwerken en destijds de aanleg van de (Russische) Southstream hebben geblokkeerd. Tot op heden is de EU er niet in geslaagd om de lidstaten minder afhankelijk maken van een handjevol energieleveranciers wat ook al door de Europese rekenkamer is gesignaleerd. Binnen de EU lidstaten is het Polen dat uit de pas loopt want het  Poolse energiebedrijf PGNiG heeft in 2018 een deal gesloten om voor een periode van twintig jaar vloeibaar aardgas af te nemen uit de Verenigde Staten. Het gaat om de levering van 2 miljoen ton op jaarbasis, dat omgezet naar gas gelijk staat aan een volume van 2,7 miljard kubieke meter. Deze deal zal vanaf 2022 in werking treden.


De harde boodschap van Duitsland aan de VS: Raak niet betrokken bij het Europese energiebeleid! Zij hebben een harde officiële reactie gegeven op het initiatief van de Amerikaanse president Donald Trump om economische sancties op te leggen aan de controversiële Nord Stream 2 internationale gaspijpleiding, waardoor de Russische staatsgigant Gazprom gas wil leveren aan het Westen en, in de eerste plaats, Duitsland, het systeem omzeilt.  De Duitse Minister van Buitenlandse Zaken Heiko Maas geeft daarbij aan: “Het Europese energiebeleid moet worden bepaald in Europa, niet in de Verenigde Staten. We verwerpen fundamenteel externe interventies en sancties met extraterritoriaal effect. Het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden heeft dergelijke sancties voor engineering- en bouwbedrijven die werken aan pijplijnassemblage opgenomen in het ontwerp van de Pentagon-begrotingswet voor het volgende fiscale jaar, dat onlangs is goedgekeurd . De Senaat zal naar verwachting in december een uitspraak doen over de ontwerpwetgevingshandeling, waarna deze wordt afgekondigd door President Trump.

Scheepsbouw Sector

Pas in 2021 bekend wie onderzeeboten gaat bouwen

De Nederlandse maritieme industrie moet voorlopig wachten voordat bekend wordt wie de nieuwe onderzeeboten van de Koninklijke Marine mag gaan bouwen.In de gepubliceerde B-brief van staatssecretaris Visser op vrijdag 13 december worden de drie consortia, Naval Group/IHC, Saab-Kockums/Damen en Thyssen Krupp Marine Systems, uitgenodigd om hun aanbiedingen nog verder te detailleren. Het Spaanse Navantia is nu afgevallen. Staatssecretaris Visser kan geen zwaarwegende redenen aanvoeren voor deze financieel nadelige vertraging en het lijkt ons dat hierover kritische vragen door leden van de Tweede Kamer zullen worden gesteld. (Red.:) Men zou daar bij de Roemeense situatie voor de order van vier corvettes en twee fregatten als toetssteen kunnen nemen waarbij het Franse staatsbedrijf Naval een zeer dubieuze rol speelt en de vorige Roemeense regering zichzelf behoorlijk in de problemen heeft gebracht.
Een definitieve beslissing valt pas in 2021 en wordt mogelijk zelfs pas genomen door een volgend kabinet. De vertraging die door dit besluit dreigt te ontstaan zet het Nederlandse maritieme bedrijfsleven op achterstand en zorgt voor nog hogere aanloopkosten, zo meldt de Brancheorganisatie Netherlands Maritime Technology (NMT). NMT roept de politiek op om vaart te maken in het aanbestedingsproces. Het risico van vertraging trekt een zware wissel op de sector en de zogeheten ‘Gouden Driehoek’ (overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen)..

Onderzeeboot van de Walrusklasse tijdens oefening op de Noordzee. Foto, Defensie.

In de volgende fase worden de eisen,gunningscriteria en andere wegingsfactoren vastgesteld, waarbij deze factoren zoals beste boot voor de beste prijs, risicobeheersing en de uitwerking van het nationaal veiligheidsbelang en de strategische autonomie als uitgangspunt dienen.

Planning
De huidige onderzeeboten (Walrus-klasse) zijn sinds de jaren ’90 in gebruik bij de marine en bereiken over zo’n 10 jaar het einde van hun levensduur. Met het project is meer dan 2,5 miljard euro gemoeid. Volgens de huidige planning moet er in 2022 een contract worden getekend met 1 van de bouwers. Uiteindelijk moeten de nieuwe onderzeeboten de huidige Walrus-klasse in 2031 volledig hebben vervangen.

Enorme boost voor Nederlandse maritieme industrie
Nederlandse bedrijven staan klaar om aan de slag te gaan met de ontwikkeling en bouw van de nieuwe onderzeeboten en het leveren van de  benodigde technologie. De order zou een enorme boost betekenen voor de Nederlandse maritieme industrie, die zich al heeft bewezen bij de upgrade van de Walrusklasse.
Voor het ontwerp, de bouw en straks de instandhouding, hecht Nederland groot belang aan betrokkenheid van Nederlandse marinebouwcluster, inclusief het MKB en kennisinstituten. Staatssecretaris Visser: ”De Nederlandse marinebouwsector moet een zo goed mogelijke positie verkrijgen in de toeleveringsketens van buitenlandse werven. Een goede positie als toeleverancier biedt de Nederlandse bedrijven en kennisinstituten de kans om de eigen kennis en kunde te vergroten, waarvan Defensie ook weer profiteert.”

“We zijn erbij gebaat om in een zo vroeg mogelijk stadium betrokken te worden”
Harm Kappen, voorzitter van het Dutch Underwater Knowledge Center en commercieel directeur bij RH Marine “De keuze om de volgende fase nog in competitie aan te gaan is erg nadelig voor ons als specialistische toeleverende bedrijven. We zijn erbij gebaat om in een zo vroeg mogelijk stadium betrokken te worden bij het ontwerp van de toekomstige onderzeeboten. We moeten onze krachten kunnen bundelen en richten op één partij om de hele ontwikkeling van dit complexe platform samen met de beoogde onderzeebootbouwer uit te voeren. Dit is de enige manier waarop we straks de instandhouding nét zo succesvol kunnen uitvoeren als we dat nu doen voor de huidige Walrusklasse onderzeeboten.”


NMT roept kabinet op om vol te gaan voor eigen industrie
NMT wijst bovendien op Defensie Industrie Strategie (DIS), waarin het kabinet pleit voor een ‘zo groot mogelijke betrokkenheid van het  Nederlandse bedrijfsleven’. In de DIS staat letterlijk: ‘We gaan de Nederlandse defensie industrie versterken’. NMT roept het kabinet dan ook op om de eerder gedane beloften waar te maken en vol te gaan voor de eigen industrie.
Een voortvarende besluitvorming en gunning van de opdracht is daarbij essentieel. NMT voorzitter Bas Ort reageert: “Dit is echt een gemiste kans om op zo’n belangrijk strategisch onderwerp als de maritieme defensie industrie geen duidelijke Nederlandse keuze te maken. Ik roep onze overheid op om die keuze in het belang van de Nederlandse industrie en werkgelegenheid alsnog op korte termijn te maken! De navenante spin-off van deze order voor BV Nederland in de komende decennia mag immers niet worden onderschat.

Belang onderzeeboten
Onderzeeboten zijn van rechtstreeks belang voor de zeevarende handelsnatie Nederland. Het belangrijkste kenmerk is dat deze onder water vrijwel onvindbaar zijn. Dat maakt de onderzeeboot uitermate geschikt voor het beschermen van de aanvoerlijnen over zee, marineschepen en maritieme infrastructuur. Dat geldt ook voor het opsporen en uitschakelen van vijandelijke schepen, het afzetten en oppikken van special forces en het vergaren, analyseren en delen van inlichtingen.
Visser: ”Deze maritieme slagkracht maakt de onderzeeboot tot één van onze belangrijkste wapensystemen. De Nederlandse onderzeedienst staat met de Walrusklasse wereldwijd hoog aangeschreven. Daarom wil Nederland de schepen vervangen nu het einde van hun levensduur in zicht komt. Ook de NAVO dringt hier op aan. Onderzeeboten vormen een belangrijke en veelgevraagde niche-capaciteit.”
(Bron: maritiemnieuws.nl)

Sector Agri & Food

FrieslandCampina Romania is een programma gestart om boeren in Transsylvanië te ondersteunen

FrieslandCampina Romania, de fabrikant van het merk Napolact, heeft een programma gelanceerd ter ondersteuning van lokale boeren. Het programma is , onderdeel van een Royal FrieslandCampina-initiatief. “Samen voor een betere boerderij”  en brengt Roemeense boeren samen met Nederlandse boeren om de productiviteit van de Napolact partnerboerderijen te verhogen. In de komende 2 weken zullen 60 boerderijen in Transsylvanië  deelnemen aan dit programma.
Het programma voor de boeren in Transsylvanië  heeft als doel vanuit de Nederland  expertise te bieden en de lokale boeren te helpen de efficiëntie van de boerderijen en de kwaliteit van de melk te verbeteren. In de eerste fase van het programma nemen 60 boerderijen deel, die worden bezocht door drie Nederlandse boeren, leden van de coöperatie Royal Friesland Campina.
Na de bezoeken van de 60 boerderijen en het gebruik van een door FrieslandCampina ontwikkeld digitaal platform, ontvangen boeren tips en aanwijzingen over kostenefficiëntie, boerderijbeheer en gezondheid.
FrieslandCampina Romania werkt met 1000 boerderijen uit 13 provincies in de regio Transsylvanië en verwerkt jaarlijks meer dan 100.000 liter melk van hen.

In de periode 2017-2018 investeerde FrieslandCampina Romania meer dan 300.000 euro in projecten en programma’s die zijn ontworpen om boeren in Transsylvanië te helpen bij het ontwikkelen van een duurzaam bedrijfsmodel.

“ De boerderijen in Transsylvanië zijn onze enige melkbron voor Napolact-producten. Daarom zijn de partnerships die we met de meer dan 1.000 boeren hebben ontwikkeld van essentieel belang voor hun. Het gelanceerde programma is een investering die we sinds de benoeming hebben gewild. Het programma zal bijdragen aan de duurzame ontwikkeling van melkveebedrijven in Roemenië, “zegt Cornel Caramizaru, algemeen directeur van FrieslandCampina Romania.

Het Nederlandse bedrijf Koninklijke FrieslandCampina, een coöperatie van meer dan 18.000 boeren, lanceerde 3 jaar geleden het ontwikkelingsprogramma voor de melkindustrie. Er waren meer dan 250.000 boeren bij betrokken. FrieslandCampina is één van de top10  spelers in de melkindustrie. De coöperatie werd opgericht in 1871, heeft meer dan 23.000 werknemers, kantoren in 34 landen en haar producten worden verkocht in meer dan 100 landen. Het programma “Samen voor een betere boerderij” wordt uitgevoerd met de steun van de Nederlandse ambassade in Roemenië;  Nederland is de tweede grootste agrifood-exporteur ter wereld en de grootste buitenlandse investeerder in Roemenië, met meer dan 5.000 bedrijven die lokaal zaken doen.

Coface studie over Roemeense zuivelproducten en kaasproductie

Een korte samenvatting  van de Coface studie, geeft aan dat de positieve ontwikkelingen zijn dat er een verhoging van de winstgevendheid van de sector heeft plaatsgevonden van 3,3% in 2017 tot 4,3% in 2018 én dat meer dan de helft van de bedrijven (57%) een stijging van het netto resultaat realiseerde. Daar staat tegenover dat er sprake was van een omzetdaling van circa 18% ten opzichte van 2017 en dat 44% van de bedrijven eind 2018 een nettoverlies kenden.

In 2018 hebben de bedrijven in de sector aanzienlijk investeringen gedaan voor de uitbreiding van vaste activa. De verhouding tussen kapitaaluitgaven (CAPEX) en afschrijvingsratio bedroeg 120% in 2018, wat betekent dat investeringen in vaste activa de afgeschreven vaste activa omvatten.

Bijna de helft van de bedrijven  (46%) heeft in 2018 geïnvesteerd, volgens het rapport van Capex / Amortization.

“Het bedrijfsleven in de zuivelindustrie probeert het gebrek aan publieke investeringen te compenseren (70% van het overheidsbudget is sterk gericht op salarissen en sociale voordelen, het maximum in de geschiedenis van Roemenië en de EU), om te proberen de concurrentie het hoofd te bieden. Helaas is dit zonder openbare infrastructuur erg moeilijk, de inkomsten van bedrijven in deze sector daalden het afgelopen jaar met 18%, terwijl de zuivelimport met bijna 20% toenam ”, aldus Nicoleta Marin, Senior Financial Analyst, Coface Romania.

Zijn Roemenen Bourgondiërs?

Als wij de historici mogen geloven waren de Bourgondiërs van oorsprong een Oost-Germaans volk dat het eiland Bornholm in de Oostzee en het westen van Polen bevolkten zo ongeveer in de eerste eeuw. Tijdens de volksverhuizingen vestigden zij zich in het gebied dat tegenwoordig hun naam draagt, Bourgondië. Vanaf hun onderwerping door de Franken in 534 zouden ze zich met dezen assimileren.

Bourgondiërs kan ook staan voor de gemoedelijke en van het leven genietende zuidelijke Limburgers, Brabanders en Vlamingen. Volgens sommigen zou deze levensstijl ontleend zijn aan de overdadige luxe en weelderige levensstijl van het Bourgondische hof, vooral toen dit hof in de 15de eeuw verplaatst was naar Brussel, dat toen een van de rijkste steden van West-Europa was. De ‘bourgondische’ levensstijl richt zich vooral op goed eten en drinken met op z’n tijd een flink feest zoals carnaval, althans volgens de opvatting van de zuinige en sobere ‘Hollandse calvinisten’.

Gezien de levensstijl van de Roemenen ontstaat dan het vermoeden dat tijdens de grote volksverhuizingen een groep zich heeft afgescheiden en Oostwaarts is getrokken en in Roemenië terecht zijn gekomen. Het kan natuurlijk ook zijn dat de groep afkomstig uit wat destijds de Zuidelijke Nederlanden(dus onder andere Brabanders en Limburgers) zich in de 12e eeuw met name in Transsylvanië vestigden hun uitbundige levensstijl daar importeerden. Gemakshalve laten we dan even de geschiedenis van  Dacië (Latijn: Dacia) achterwege  en ontstaan van de Romaanse taal achterwege die nog ouder is, want er leefden vele volken zoals de Romeinen in wat nu Roemenië heet. Met enig afgrijzen zullen historici  kennis nemen van deze historische interpretatie, maar het “wetenschappelijk” feit blijft dat het savoir-vivre van de Roemenen op deze wijze verklaard kan worden.

Een recent onderzoek van Eurostat heeft aangetoond dat het aandeel van voedsel in de totale uitgaven van Roemeense huishoudens is meer dan het dubbele van het EU-gemiddelde (12,1%), en bijna drievoudig vergeleken met landen zoals Duitsland en Oostenrijk, waar 10,8% respectievelijk 9,7% van alle huishoudelijke uitgaven aan voedsel gaat.
Het onderzoek sloot met de conclusie dat de Roemeense levensstijl  Bourgondisch is waarin ‘genieten’ centraal staat. Dit wordt vooral geassocieerd met lekker en uitgebreid eten. De duiding verwijst naar de 15e eeuw, waarin het Franse koningshuis en de hertogen van Bourgondië hun macht uitbreidden naar de Lage Landen. Ze introduceerden er een levensstijl van luxe en rijkdom. Nog steeds worden België en de Zuid-Nederlandse provincies Noord-Brabant en Limburg daarom als ‘Bourgondisch’ beschouwd.


Echter het best bewaarde geheim van Roemenië is het feit dat het  een van de grootste wijnproducenten in Europa en de wereld is maar tegelijkertijd een onbeduidende wijnexport heeft en ook een netto-wijnimporteur is.
De wijnproductie van Roemenië bereikte in 2018 een recordniveau van 5,1 miljoen hectoliter, waarmee het zesde werd in de EU en 13e in de wereld, volgens gegevens van de International Organisation of Vine and Wine (OIV).
Ondertussen exporteerde Roemenië in 2018 slechts 180.000 hectoliter wijn, op de 17e plaats in de Europese Unie voor wijnexport, achter landen met een veel kleinere wijnindustrie zoals Denemarken, Oostenrijk, Slowakije en buurland Bulgarije.


De wijnexport van Roemenië is dus goed voor slechts 3,5% van de productie van het land. Ondertussen exporteert de grootste wijnexporteur in Europa, Spanje (in volume), meer dan 40% van zijn binnenlandse wijnproductie (20 mln hectoliter van een totale productie van 44,9 mln hectoliter in 2018). Hongarije, dat achter staat als producent, met een geschatte productie van 3,4 miljoen hectoliter in 2018, exporteerde vorig jaar 1,15 miljoen hectoliter wijn – ongeveer een derde van zijn productie. Zelfs Bulgarije, dat ongeveer een miljoen hectoliter wijn per jaar produceert, exporteerde meer dan een kwart van zijn productie (264.000 hl).
Zoals gezegd Roemenië presteert niet alleen als wijnexporteur, maar is de afgelopen jaren een netto-wijnimporteur geweest. In 2018 bedroeg de wijnimport van het land 347.000 hectoliter, wat bijna het dubbele is van de export. Van de top 10 wijnproducenten in de EU zijn alleen Duitsland en Oostenrijk ook netto-importeurs.
Grootste wijnproducenten in de EU en hun export:
In geld uitgedrukt bedroeg de wijnexport van Roemenië in 2018 EUR 30 miljoen, nog minder dan die van Zweden (EUR 31 miljoen), dat geen traditie kent in de wijnsector. Roemenië staat dus slechts 18e in de EU vanwege de waarde van zijn geringe wijnuitvoer.
De ranglijst van de grootste wijnexporteurs in de EU heeft verrassend genoeg twee kleine landen – Letland en Litouwen – in de top 10. Dit komt echter vooral door de wederuitvoer van wijn, omdat hun hoge uitvoer ook wordt verdubbeld door hoge invoerniveaus.
Frankrijk heeft de grootste wijnexport (in waarde uitgedrukt) van EUR 9,3 miljard, gevolgd door Italië – EUR 6,2 miljard en Spanje – bijna EUR 3 miljard.
Roemenië exporteert gemiddeld goedkopere wijnen dan de meeste EU-producenten verwachten voor Spanje. De gemiddelde prijs van een liter geëxporteerde wijn uit Roemenië is EUR 1,69. Frankrijk exporteert de duurste wijnen (EUR 6,37 per liter), gevolgd door Italië (EUR 3,16), Duitsland (EUR 2,78) en Portugal (EUR 2,7). Ondertussen is de gemiddelde prijs van door Spanje uitgevoerde wijn slechts 1,44 EUR.
De wijnen van Roemenië zijn ook duurder dan die van zijn buren. Zo verkoopt Bulgarije zijn wijnen in het buitenland met EUR 1,18 per liter en Hongarije – met minder dan EUR 1 per liter.
EU-landen gerangschikt naar wijnuitvoer:


Wereldwijd staat Roemenië op de 11e plaats voor wijnstokken, met 191.000 hectare en op de 13e plaats voor de wijnproductie, volgens gegevens van de OIV. Volgens Worldstopexports.com is het echter slechts 35ste door de waarde van de wijnexport, achter landen als Georgië en Moldavië. Moldavië en Georgië produceren elk ongeveer 2 miljoen hectoliter wijn, maar hun wijnexport is ongeveer vijf keer hoger dan die van Roemenië.
Roemenië is echter 14e in de wereld voor wijnconsumptie. In 2017 dronken Roemenen volgens de OIV-gegevens ongeveer 4,1 miljoen hectoliter wijn.

Sector Bosbouw

Illegale ontbossing in Roemenië is een hardnekkig probleem

In een tijd waarin de klimaatdiscussie en de CO2 uitstoot maar ook het aanplanten van bossen het internationale en nationale nieuws beheersen, worstelt  Roemenië al decennialang met enorme illegale ontbossing. Terwijl juist de laatste oerbossen van Europa zich grotendeels in Roemenië bevinden.

Romsilva, het Roemeense equivalent van het Nederlandse Staatsbosbeheer, was niet in staat om deze criminele praktijken te verhinderen.  Optreden tegen de illegale activteiten leidde zelfs tot de dood van bosbeheerders, waarvan twee binnen een maand, dit najaar. Het meest recente geval was de dood van een brandweerman in Maramureș die illegale houtkap probeerde te voorkomen. Liviu Pop, een bosbouwofficier bij het Silamice Maramures-departement, werd ook gedood in een bos beheerd door het Bosdistrict Bâiuț, terwijl hij probeerde illegale houtkap te voorkomen.  Hij  werd doodgeschoten en zijn lichaam werd  in een vallei gevonden en vertoonde talloze sporen van fysieke agressie.

Sinds het begin van dit jaar zijn er 16 gevallen van agressie tegen bospersoneel van Romsilva gemeld. In de periode tussen 2014 en 2018 waren er 168 andere gevallen van agressie tegen personeel van Romsilva. Het is dan ook niet verwonderlijk dat President Klaus Johannis deze situatie beangstigend noemde en de nieuw aangetreden Minister van Milieu Costel Alexe voegde daaraan toe dat op grote schaal met de cijfers van illegale boskap was geknoeid om de ernst van de situatie te verdoezelen. Het is gebleken dat de resultaten van het National Forest Inventory-rapport tot heden geheim werden gehouden.
Een grote boosdoener op het vlak van illegale boskap is het Oostenrijkse bedrijf Holzindustrie Schweighofer. Het bedrijf, dat al eerder door Roemeense regering in staat van beschuldiging is gesteld maar tot op heden niet is veroordeeld, beperkt zich tot het uiten van goede voornemens om de illegale kap  Grote afnemers van Schweighofer,  zoals de retailers  Hornbach, Brico Depot en Leroy Mervin, hebben de banden met Schweighofer inmiddels verbroken.  Door deze negatieve ontwikkelingen heeft de Holzindustrie Schweighofer Group zijn naam veranderd in HS Timber Group. Deze re-branding lijkt veel op een illegale houthakker die een andere jas aantrekt.
Foto: Beschikbaar gesteld door EIA, Washington

Culturele Sector

Roemeense violen als export “product”

Bij export wordt niet direct gedacht aan muziekinstrumenten, maar toch is ook deze in de statistieken van Eurostat opgenomen. En blijkt Roemenië de grootste exporteur in de Europese Unie van violen te zijn.
Roemenië heeft in 2018 14.000 violen geëxporteerd naar niet-EU-lidstaten (28% van de export van violen buiten de EU). Dit maakt Roemenië de grootste EU-exporteur van violen naar de rest van de wereld, op de voet gevolgd door Denemarken (12 200, 24%), vóór Duitsland (6 400, 13%), het Verenigd Koninkrijk (5 000, 10%), Tsjechië (2 900, 6%), Frankrijk (2 700, meer dan 5%), Italië (2 500, 5%) en België (1 800, 4%).

Verenigde Staten en Zuid-Korea  zijn de belangrijkste bestemmingen voor geëxporteerde violen
Bijna de helft van de EU-uitvoer van viool ging naar twee landen: de Verenigde Staten en Zuid-Korea (elk 11 900 violen, of 24% van de uitvoer van violen buiten de EU). Ze werden gevolgd door Japan (6 700, 14%), Canada (2 900, 6%), Australië (2 300, 5%), Zwitserland (2 100, 4%), Hong Kong (1 800, minder dan 4%) , China (1 700, 3%), Rusland (1 600, 3%), Noorwegen (1 200, 2%) en Servië (870, minder dan 2%).
Opmerking: als gevolg van quasi-transitovervoer kan het optellen van intra-EU-handel en extra-EU-handel leiden tot dubbeltelling. Een voorbeeld hiervan zijn violen die via Nederland uit China worden geïmporteerd, waar ze door de douane worden vrijgegeven voor vrij verkeer, voordat ze naar Duitsland worden verzonden. Dit zou ertoe leiden dat dezelfde violen worden geteld als invoer door zowel Nederland als Duitsland. Om precies te zijn, ze komen voor in de import buiten de EU vanuit China en de export binnen de EU naar Duitsland en in de import binnen de EU vanuit Nederland.
Het is natuurlijk een toeval dat beide internationaal bekende Limburgse dirigenten Raymond Janssen en André Rieu mede Roemenië hebben gekozen respectievelijk als “importeur” en als “exporteur” van hun muziek, maar toch. Het geeft aan dat hun muziek een verbindende factor is tussen beide landen.

 

 

Financiële ontwikkelingen

Roemenië: begrotingstekort herzien tot 4,3% van het bbp

De onlangs aangetreden interim regering heeft recent haar (begrotings) doelstellingen bekend gemaakt voor de komende periode, waaronder een begrotingstekort van 4,3% van het bbp voor 2019.  Dit is een ingrijpende herziening van de vorige doelstelling van 2,76% voor 2019.  Maar ook ten opzicht van het gerapporteerde tekort in de maand oktober, dat toen becijferd werd op  2,80% van het bbp.
Al eerder dit jaar suggereerde  ING Romania dat het onmogelijk leek om onder de limiet van 3,00 % te blijven, maar het oplopen van het begrotingstekort naar 4,3%, tilt de zaken naar een heel nieuw niveau. Het betekent een aanzienlijk hogere financieringsbehoefte aan het einde van het jaar. Waar moet dat geld vandaan komen en wat veroorzaakt het oplopen van het tekort?

Het nieuwe streefcijfer van 4,3% verwijst naar enkele financieringskwesties die we hierna voor u zullen proberen te duiden

Waarom loopt het financieringstekort zo op?

Het zou kunnen betekenen dat de overheid probeert om nog in 2019 achterstallige betalingen in te lopen en deze nog in de begroting van 2019  op te nemen. Hierdoor zou het kunnen dat het begrotingstekort in 2020 weer een beter beeld zal geven. Maar dat het begrotingstekort in 2020 onder de limiet van 3,0% van het bbp in 2020 lijkt onwaarschijnlijk.  De eerder toegezegde pensioen- en loonstijgingen worden volgens plan doorgevoerd en zullen dus ook in 2020 hun effect hebben op de begroting.

Waar hebben we het over?

Met een begrotingstekort van 4,3% van het bbp zal het nominale tekort, voor het hele jaar 2019,  ongeveer RON 44,75 miljard bedragen (uitgaande van het nieuwe nominale bbp van RON 1040,8 miljard). Daar bovenop komen aflossingen ter waarde van RON 50,8 miljard, dus de totale uitgaven kant van de begroting voor 2019 zou ongeveer RON 95,5 miljard moeten bedragen.

Per 26 november was de totale uitgifte in lokale en harde valuta RON 74,1 miljard. Dit betekent concreet dat er nog RON 21,4 miljard moet worden gefinancierd voor het einde van het jaar. In feite binnen een periode van enkele weken. Dat is veel.

De gemiddelde maandelijkse uitgifte dit jaar ligt rond RON 4,2 miljard. De recente heropening van de eerder deze maand uitgegeven dec-2023-obligatie met een streefopbrengst van EUR 200, zal helpen maar zelfs als deze helemaal wordt opgenomen door de markt, blijft er een aanzienlijke financieringsbehoefte over.  Normaal gesproken beschikt het Ministerie van Financiën over een FX-financieringsbuffer, die 4 maanden bruto financieringsbehoefte zou moeten kunnen dekken. Daarmee zou het gat voor 2019 bijna dicht zijn, waarbij wel een voorschot genomen wordt op 2020.

In 2020 wordt het niet eenvoudiger. Voor 2020, uitgaande van het nominale bbp van RON 1110 miljard en de voorspelling voor een begrotingstekort van 3,7% van het bbp, zal het ministerie van Financiën RON 41,1 miljard moeten ophalen uit de markt. Daarnaast zijn er aflossingen (RON plus harde valuta) van RON 51,7 miljard, wat de financieringsbehoefte voor 2020  brengt op een totaal van RON 92,8 miljard.

Belangrijke kwestie hierbij zal de leu-euro verdeling zijn, omdat het moeilijk is om te beoordelen hoe ontvankelijk beleggers zullen zijn voor de stijgende financieringsbehoeften van Roemenië.

Uitgaande van de uitgifte van euro-obligaties in de marge van EUR 5,0 miljard in 2020, zou er ongeveer RON 69 miljard overblijven om te worden gefinancierd uit de lokale markt. Dat is ongeveer RON 5,7 miljard per maand, heel veel hoger dan het 2018-gemiddelde van RON 3,7 miljard per maand of het 2019-tot-gemiddelde van RON 4,2 miljard.


Wat zijn de gevolgen?

De eerste stap voor de Minister van Financiën is het vinden van financieringsbronnen om de begroting 2019 te sluiten. Als dat lukt, en het tekort voor 2019 wordt beperkt of opgerekt tot 4,3 % bbp, valt Roemenië waarschijnlijk onder de “Buitensporige Tekortprocedure van de Europese Commissie”.

Hopelijk zal de Europese Commissie aan Roemenië een geleidelijke begrotingsconsolidatie toestaan maar er is ook de mogelijkheid dat zij snelle fiscale hervormingen en bezuinigingen van Roemenië eist.  Vanuit macro-economisch perspectief lijkt een geleidelijke begrotingsconsolidatie de verstandigste optie omdat dit een abrupte economische vertraging zou voorkomen. Vanuit het perspectief van de EU kan het er echter anders uitzien, gezien de mate waarin Roemenië van de veronderstelde doelstellingen afwijkt. De laatste weken wordt door de huidige regering onder grote tijdsdruk gewerkt om de begroting rond de jaarwisseling rond te krijgen. Als we de uitlatingen van de Roemeense premier goed interpreteren zal hij kiezen voor bezuinigingen op diverse ministeries en fiscale hervormingen.
Zoals bekend geven de Europese richtlijnen aan dat de staatsschuld niet hoger dan 60% mag zijn en het begrotingstekort niet hoger dan 3%. Indien een land dergelijke doelen niet haalt, kan de commissie sancties uitdelen. Zo ver is het tot nu toe nog nooit gekomen.

Roemenië staat niet alleen.
Binnen Europa zijn ook de voorlopige begrotingen van Frankrijk en Italië voor 2020 mogelijk in strijd met begrotingsregels van de Europese Unie. Daarvoor waarschuwde de Europese Commissie onlangs. Ook België, Spanje, Portugal, Finland, Slovenië en Slowakije hebben moeilijkheden om hun begroting sluiten te krijgen in overeenstemming met de Europese richtlijnen. De landen zouden met de huidige voorstellen hun schulden en begrotingstekorten onvoldoende aanpakken..

Italië heeft momenteel schulden ter hoogte van 136,2 procent van het bbp, die met de begroting in 2020 zouden oplopen tot 136,8 procent. De schulden van Frankrijk bedragen bijna 100 procent van het bbp, en het begrotingstekort voor 2020 zou op 3,1 procent van het bbp komen.
Vanouds heeft Roemenië een lage staatsschuld (thans ca.35%) en zal in dat perspectief bezien een begrotingstekort van 4,3% niet direct tot sancties leiden.

Bijzondere berichten

Enorme ontdekking: De vliegende draak uit Transsylvanië

Fragmenten van een nieuwe soort vliegend reptiel, een Pterosaurus die leefde in de late krijtperiode (Het krijt is een geologisch tijdperk dat duurde van ongeveer 145 tot 66 miljoen jaar  geleden) zijn recent ontdekt, in het huidige gebied van Transsylvanië. De ontdekking werd gedaan  door een team van Roemeense en Amerikaanse onderzoekers. Zij ontdekten de fossielen van een nieuw vliegend reptiel, een grote pterosaurus, die op een eiland woonde dat bevolkt was met soorten dwergdinosaurussen uit het huidige Transsylvanië.
“De ontdekking van Albadraco Tharmisensis, een nieuw geslacht en soort Azhdarchid pterosaur uit de Maastrichtian  Formation, in het zuidwesten van het Transylvanian Basin (district Alba, Roemenië), is van opmerkelijk belang voor de wetenschappelijke gemeenschap omdat het de eerste grote Azhdarchid vertegenwoordigt beschreven van Haţeg Island ”, zoals  getoond in een persbericht van de UBB(Babes-Bolyai University) te Cluj-Napoca.

De Maastrichtian Formation is een duiding op de geologische tijdschaal van de late krijtperiode en het  overspande het interval van 72,1 tot 66 miljoen jaar geleden . Aan het einde van deze periode was er een massale uitsterving bekend als de Krijt-Paleogene uitstervingsgebeurtenis (voorheen bekend als de Krijt- Tertiaire uitstervingsgebeurtenis). Bij dit uitsterven stierven veel algemeen erkende groepen, zoals niet-aviaire dinosaurussen , plesiosauriërs en mosasaurus , evenals vele andere minder bekende groepen uit. De oorzaak van het uitsterven is  verbonden met een asteroïde van ongeveer 10 tot 15 kilometer (6,2 tot 9,3 mi) breed  die met de aarde botste aan het einde van het Krijt . De Maastrichtiaan werd in 1849 door de Belgische geoloog André Hubert Dumont in de wetenschappelijke literatuur geïntroduceerd, na het bestuderen van rotslagen van de Chalk Group in de buurt van de Nederlandse stad Maastricht . Deze lagen zijn nu geclassificeerd als de Maastricht-formatie – zowel de formatie als het podium ontlenen hun naam aan de stad. De Maastricht-formatie staat bekend om zijn fossielen uit deze tijd, met name die van het gigantische zee-reptiel Mosasaurus , die op zijn beurt ook zijn naam ontleent aan deze Nederlandse stad ( Mosa is Latijn voor de rivier de Maas ).

 

De nieuwe ontdekking bevestigt aldus het naast elkaar bestaan ​​van de middelgrote, grote en gigantische Maastricthian Azhdarchidae in Roemenië. Bovendien is A. Tharmisensis, naast Mistralazhdarcho Maggii, de tweede beschrijving van een grote Azhdarchid Pterosaur uit het late Krijt. Ten slotte bewijst dit nieuwe taxon(groep organisme) een uiterst divers ecosysteem in het Krijt van het eiland Haţeg ‘, aldus de bron.

De fossielen werden ontdekt in Oarda de Jos, een deel van de stad Alba Iulia, dus de generieke naam is afgeleid van de naam Alba County en van het Latijnse “draco”, wat draak betekent. De naam van de soort is vastgesteld na “Tharmis”, de Dacische naam van de huidige Alba Iulia.

Albadraco tharmisensis (geel) vergeleken met de andere twee azhdarchid pterosauriërs bekend uit Roemenië (Eurazhdarcho langendorfensis en Hatzegopteryx thambema)

In de context waarin veel van de pterosauruskeletten, slecht bewaard en grotendeels onvolledig zijn, is de nieuwe ontdekking zeer belangrijk, ondanks het kleine aantal botten, omdat het nieuwe gegevens oplevert met betrekking tot de anatomie, het gedrag en de paleobiogeografische verdeling van deze vliegende reptielen.
(Compilatie van persbericht en foto UBB via Consulaat Generaal Roemenië).

Hoge Engelse taalvaardigheid in Roemenië

Voor buitenlandse investeerders speelt de Engelse taalvaardigheid een belangrijke rol en dan is het opmerkelijk dat deze in Roemenië hoog mag worden genoemd, ondanks dat het Roemeens een Romaanse taal is.

De Roemeense hoofdstad Boekarest staat op de 12e plaats van de English Proficiency Index(EPI) met een score van 64.45, dus hoger dan steden zoals Brussel(63.56), Praag(61.29), Parijs(60.28), Barcelona(57.97) en Rome(56.28). Boekarest is opgenomen in de groep met erg hoge taalvaardigheid, waarin ook steden zijn opgenomen zoals Wenen, Berlijn, Warschau en Boedapest.

De steden met de hoogste EPI scores zijn Amsterdam(71.360, Stockholm(69.24) en Kopenhagen(68.52).

In de regio Centraal- en Oost-Europa staat Roemenië achter Polen (63.76), Kroatië (63.07) en Hongarije (61.86), maar vóór Servië (61.30) en Bulgarije (58.97). Bovendien staat Roemenië na Portugal op de tweede plaats van de Latijnse landen voor Engelse vaardigheden. Ondertussen behoren landen als Frankrijk, Spanje en Italië tot de groep Gematigde vaardigheid.
De toplanden voor Engelse taalvaardigheden zijn Nederland, Zweden en Noorwegen, gevolgd door Denemarken en Singapore. De ranglijst omvat de landen en steden waar Engels geen moedertaal is.

Deze index wordt jaarlijks opgesteld door het Taalopleiding Education First. Deze negende editie van de EF EPI is gebaseerd op testgegevens van meer dan 2,3 miljoen mensen over de hele wereld die de online EF Standard English Test (EF SET) of een van EF’s Engelse plaatsingsproeven in 2018 hebben afgelegd. Alleen steden, regio’s en landen met een minimum van 400 testpersonen werden opgenomen in de Index.
Zeer hoge vaardigheid betekent onder andere dat een persoon genuanceerd en geschikt taalgebruik in sociale situaties kan gebruiken, gemakkelijk geavanceerde teksten kan lezen en een Engelstalig contract kan afsluiten.
Hoge vaardigheid betekent dat een persoon een presentatie in het Engels op het werk kan maken, tv-programma’s kan begrijpen en een krant kan lezen.
Opmerkelijk detail: De vorige Roemeense ambassadeur in ons land Ireny Comaroschi en de huidige ambassadeur Brândușa Ioana Predescu bezitten beiden de Nederlandse taalvaardigheid.

Disclaimer

De nieuwsbrief van het Dutch Romanian Network wordt met grote zorgvuldigheid samengesteld. Voor een mogelijke onjuistheid en/of onvolledigheid van de hierin verstrekte informatie kan het Dutch Romanian Network geen aansprakelijkheid aanvaarden, evenmin kunnen aan de inhoud van de nieuwsbrief rechten worden ontleend. De artikelen geven niet noodzakelijkerwijs de mening van het bestuur weer.