Hoewel de Roemeense overheid er tot op heden vanuit gaat dat Roemenië per 1 januari 2019 zal toetreden tot de Eurozone wordt deze doelstelling door de Roemeense Nationale Bank en de Oostenrijkse Bank Erste als te ambitieus gezien en acht men 2021 een meer realistische optie. Het moet ook in ogenschouw worden genomen dat het land sinds zijn toetreding tot de EU het deelnemen aan de Eurozone al zes keer heeft uitgesteld. Elk land dat wil toetreden tot de eurozone moet voldoen aan vijf nominale criteria zoals omschreven in het Verdrag van Maastricht, ten aanzien van inflatie, begrotingstekort, de overheidsschuld, de lange rente en wisselkoersstabiliteit. Als men naar de huidige stand van zaken kijkt is Roemenië ver onder het Europees gemiddelde als het gaat om de arbeidsproductiviteit (onder de 50 procent), mensen met een risico op armoede en sociale uitsluiting (160 procent van het EU-gemiddelde) en het BBP per hoofd in koopkrachtpariteit (PPP), dat op dit moment staat 50 procent van het EU-gemiddelde. Zo zijn er nog een aantal zaken te noemen. Dus alles wijst er rationeel gezien op dat thans tot het zevende uitstel moet worden besloten.