Page 55 - Enforsa Foundation
P. 55
Belgische roerende voorheffing (zelfs indien betaald of toegekend met tussenkomst van een in België gevestigde
tussenpersoon) maar de (aangegroeide) interest moet in principe worden aangegeven door de Obligatiehouder.
De Belgische regering heeft aangekondigd dat het tarief van de roerende voorheffing en het overeenstemmende
tarief van de afzonderlijke belasting zal worden verhoogd van 25% tot 27%, in principe met ingang van 1 januari
2016.
Meerwaarden en minderwaarden
Meerwaarden verwezenlijkt bij de verkoop van de Obligaties zijn niet belastbaar, met uitzondering van:
(i) het gedeelte van de meerwaarde dat overeenstemt met het pro rata gedeelte van de verlopen interesten
(ingeval van een “tussentijdse” verkoop van de Obligaties aan een andere persoon dan de Uitgevende
Instelling), hetwelk wordt beschouwd als “interest”; het eventuele overige gedeelte van de meerwaarde wordt
als een “echte” meerwaar de beschouwd die niet belastbaar is behalve indien de verkoop niet kadert binnen
het normaal beheer van een privé-vermogen (in dat geval wordt dat gedeelte belast aan het afzonderlijk
tarief van 33%); en
(ii) de eventuele meerwaarde verwezenlijkt bij een vervroegde terugkoop of bij de terugbetaling op de
eindvervaldag door de Uitgevende Instelling, dewelke wordt beschouwd als “interest”.
Minderwaarden verwezenlijkt bij de verkoop van de Obligaties zijn in principe niet aftrekbaar.
b. Natuurlijke personen/rijksinwoners (onderworpen aan de Belgische personenbelasting) die beroepsmatig handelen
en vennootschappen die fiscaal resident zijn in België (onderworpen aan de vennootschapsbelasting).
Natuurlijke personen die fiscaal resident zijn in België (d.w.z. rijksinwoners die onderworpen zijn aan de
“Personenbelasting”/”Impôt des personnes physiques”) en die beroepsmatig handelen (d.w.z. die de Obligaties
gebruiken voor de uitoefening van hun beroepswerkzaamheid) alsmede vennootschappen die fiscaal resident
zijn in België (d.w.z. vennootschappen onderworpen aan de “Vennootschapsbelasting”/”Impôt des sociétés”)
worden als volgt belast.
Interest
De betaling of toekenning van interest door of voor rekening van de Uitgevende Instelling is onderworpen aan
Belgische roerende voorheffing van 25% indien een in België gevestigde tussenpersoon op enige wijze tussenkomt
bij de uitbetaling. Deze Belgische roerende voorheffing wordt in principe berekend op de interest na afhouding van
eventuele niet-Belgische roerende voorheffing, maar momenteel wordt in Nederland geen roerende voorheffing
ingehouden. Indien een vennootschap een attest overhandigt aan de in België gevestigde tussenpersoon waarin
wordt bevestigd dat zij een in België gevestigde vennootschap is, dan kan worden afgezien van de inning van de
roerende voorheffing.
Deze Belgische roerende voorheffing is niet bevrijdend, d.w.z. dat de interesten moeten worden aangegeven en
worden belast aan het normaal tarief van de personenbelasting of de vennootschapsbelasting. De roerende
voorheffing is verrekenbaar met de verschuldigde belasting en terug betaalbaar in de mate dat zij de
verschuldigde belasting overschrijdt, maar de roerende voorheffing is slechts verrekenbaar in verhouding tot
de periode waarin de belastingplichtige de volle eigendom van de Obligaties heeft gehad.
Indien geen in België gevestigde tussenpersoon tussenkomt bij de uitbetaling (rechtstreekse inning in Nederland)
is geen Belgische roerende voorheffing verschuldigd en moeten de intresten worden aangegeven.
De Belgische regering heeft aangekondigd dat het tarief van de roerende voorheffing zal worden verhoogd van
25% tot 27%, in principe met ingang van 1 januari 2016.
Meerwaarden en minderwaarden
Meerwaarden verwezenlijkt bij de verkoop van de Obligaties zijn belastbaar als beroepsinkomsten aan het
normaal tarief van de personenbelasting of de vennootschapsbelasting, terwijl minderwaarden in principe
aftrekbaar zijn.
55