Page 7 - KPMG Eindejaarstips 2016-2
P. 7

Op het gebied van de afschrijvingen is fiscaal een aantal beperkingen opgelegd. Zo zijn voor onroerende
zaken de aard van het gebruik, de vaststelling van de WOZ-waarde en de invloed van de zogenoemde
werktuigenvrijstelling bepalende factoren voor de hoogte van de fiscale afschrijving. Wij raden u sterk aan
de WOZ-beschikking kritisch te beoordelen, al dan niet samen met uw adviseur.

Ondanks de fiscale afschrijvingsbeperkingen blijft afwaardering tot lagere bedrijfswaarde van een
bedrijfsmiddel mogelijk.

1.4 Voorziening

Wilt u winst uitstellen? Kijk dan of u nog een voorziening kunt vormen. Daarvoor is al voldoende dat de
toekomstige uitgaven hun oorsprong vinden in feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan voor
de balansdatum en dat een redelijke mate van zekerheid bestaat dat de uitgaven in de toekomst worden
gedaan. Verder geldt dat de toekomstige uitgaven ook moeten kunnen worden toegerekend aan de
periode voorafgaande aan de balansdatum. Voorzieningen zijn mogelijk voor bijvoorbeeld een reorganisatie,
onderhoud, saneringskosten, het verlenen van garantie op producten of jubileumuitgaven voor het
personeel.

1.5 Willekeurige afschrijving

Ga na of u optimaal gebruikmaakt van willekeurige afschrijvingen. Denk hierbij onder andere aan:

     ? VAMIL (op milieu-investeringen);
     ? investeringen door bepaalde groepen (startende ondernemers en ondernemingen die zeeschepen

           exploiteren).

Gezien de fiscale afschrijvingsbeperkingen die zijn ingevoerd, kan het extra interessant zijn de fiscale
faciliteiten van de willekeurige afschrijving optimaal te benutten. In de praktijk valt de regeling van de
VAMIL geregeld samen met de EIA en/of MIA (zie onderdeel 1.1). Er zullen keuzes moeten worden
gemaakt bij de toepassing van deze regelingen. Betrek uw adviseur vroegtijdig bij die keuze of het
onderzoek naar de mogelijkheden.

1.6 Uitstellen desinvesteringen in verband met desinvesteringsbijtelling

Voor bedrijfsmiddelen waarvoor u bij aanschaf een investeringsaftrek (kleinschaligheids-, energie- of
milieu-) hebt genoten, geldt een desinvesteringsbijtelling als u deze bedrijfsmiddelen verkoopt binnen vijf
jaar na aanvang van het kalenderjaar waarin de aftrek plaatsvond. De desinvesteringsbijtelling geldt ook als
u iets doet wat gelijk te stellen is met verkoop. Om zo’n bijtelling te voorkomen, is het in bepaalde
gevallen beter niet in 2016 te desinvesteren maar pas in 2017.

1.7 Zeescheepvaartwinst, tonnagebelasting

Als u in 2016 voor het eerst zeescheepvaartwinst geniet en u wilt gebruikmaken van de belastingheffing
op tonnagegrondslag, dan moet u daartoe in 2016 een verzoek indienen per onderneming. U moet daar
dus niet mee wachten tot de aangifte over 2016.

1.8 Afdrachtvermindering loonheffing

Ga na of u in 2016 optimaal gebruik hebt gemaakt van de diverse afdrachtverminderingen in de
loonbelasting/premies volksverzekeringen. Denk hierbij onder andere aan:

© 2016 Meijburg & Co, Belastingadviseurs, is een samenwerkingsverband van besloten vennootschappen,           7
       staat ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 53753348 en is aangesloten bij KPMG

    International Cooperative ("KPMG International"), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden.
   2   3   4   5   6   7   8   9   10   11   12